Pensioen

‘Nog drie maanden en je gaat met pensioen.’ Haar stem klonk opgewekt, alsof ze iets leuks verkondigde. ‘Nu kan je gaan doen wat je altijd al wilde, maar waar je nooit de tijd voor had. Hobby’s. Reizen. Tijd doorbrengen met je vrouw.’
  Guido staarde naar het bureaublad van zijn diensthoofd. De vrouw was nauwelijks ouder dan zijn dochter. ‘Weet je nog wat het eerste was wat ik tegen je zei?’
  Zijn diensthoofd schudde het hoofd.
  ‘Je vroeg me hoeveel mensen hier werkten. Ik antwoordde: ongeveer de helft.’
  ‘Juist, ja.’ Haar gezichtsuitdrukking hield het midden tussen een frons en een glimlach.

Guido stond op. Zijn handen trilden toen hij de deur achter zich sloot.
Niemand keek op toen hij stil aan zijn bureau ging zitten. Hij opende een map met proces-verbalen opgesteld door boswachters, en keek ze zorgvuldig na. Dat deed hij al meer dan dertig jaar, op dezelfde manier, aan hetzelfde bureau. Collega’s kwamen en gingen, tot ze jonger waren dan de kinderen op de foto’s die op zijn bureau stonden. Hij had het nauwelijks gemerkt.

Guido had geen hobby’s. Zijn dromen had hij opgegeven toen zijn moeder hem op zijn veertiende vertelde dat niemand in hun familie ooit succesvol was geweest en reizen had hij nooit graag gedaan. Een vrouw had hij wel. Haar naam was Louise. Als iemand hem zou vragen om haar te beschrijven, zou hij niet weten waar te beginnen. Ze was zijn vrouw. Dat was ze al drieëndertig jaar. Ze hield van bonen in tomatensaus en waste zijn witte sokken op negentig graden.

Die zaterdagochtend reed Guido om 8u58 de parking van de Aldi op. Hij sloot zich aan bij de rij die zich reeds gevormd had voor de deur. Hij knikte instemmend toen de vrouw voor hem iets bromde en wachtte ongeduldig tot de deuren om 9u01 open gleden. Alweer een minuut te laat.

(c) Leen Raats

Geef een reactie

Powered by WordPress.com. door Anders Noren.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: